Ogen open in het verkeer: zonnebrillen om mee auto te rijden

Niet alleen in de zomer kan het autorijden uitdagend zijn. Ook in de lente en herfst, als de zon al vroeg op de dag heel laag staat, kan het zicht worden belemmerd. De storende reflecties kunnen een gevaar vormen voor korte en lange ritten.

Om ongelukken te voorkomen, kan een zonnebril worden gedragen. Met name de anti-reflectie functie is belangrijk want gevaarlijke schitteringen die het zicht belemmeren worden erdoor geminimaliseerd. Daarnaast moet een zonnebril die achter het stuur wordt gedragen voldoen aan onderstaande kenmerken.

Glaskleur en filtercategorie voor onderweg

Niet alle glastinten zijn geschikt voor het autorijden. Glastinten zijn namelijk van invloed op de kleurwaarneming van de omgeving. Grijze, groene en bruine glazen hebben dat probleem niet maar rode, oranje of blauwe glazen veranderen de kleuren van bijvoorbeeld stoplichten, remlichten en verkeersborden.

Let op: meekleurende glazen bieden niet altijd optimale bescherming tegen lichtreflecties in het verkeer. Omdat de voorruit van de auto al een groot deel van de uv-straling absorbeert, worden de glazen niet of heel langzaam donkerder. Inmiddels zijn er producenten die meekleurende glazen speciaal voor het autorijden ontwikkelen. Praat met uw opticien over de mogelijkheden.

Niet alle glastinten mogen in het verkeer worden gedragen, maar de filtercategorieën 0 tot 3 zijn overdag gewoon veilig. Ook als de zon tijdelijk schuilgaat achter een wolk of u door een schaduwrijk gebied rijdt, heeft u met deze categorieën een goed zicht. ’s Avonds en ’s nachts mag ook een zonnebril met categorie 1 worden gedragen, maar alleen als 25 procent van het zonlicht wordt geabsorbeerd en daardoor een goed zicht gegarandeerd wordt. Modellen met glazen in categorie 4 mogen nooit worden gedragen tijdens het autorijden.

Tip: Ideaal voor onderweg als de lucht strakblauw is, zijn zonnebrillen met filtercategorie 3.

Het juiste model: beperking van het zichtvlak vermijden

Het frame en met name de beugels mogen niet te breed zijn als u de zonnebril achter het stuur draagt. Spiegelt u tijdens het autorijden met een te brede bril, dan is uw zicht al gauw te beperkt. Het frame van de zonnebril mag het zicht vanuit uw ooghoeken nooit in de weg staan.

Optimaal zicht dankzij kleurtinten en coatings

Als u al een zonnebril heeft, dan kunt u die gewoon dragen tijdens autorijden, mits de bril voldoet aan bovengenoemde kenmerken wat betreft tint, kleur en frame. Als u van plan bent om een nieuwe zonnebril aan te schaffen en die ook te dragen tijdens het rijden, kunt u onderstaande glascoatings overwegen.

Ontspiegelde glazen verbeteren het zicht doordat ze de reflectie van recht binnenvallend zonlicht, en daarmee storende schitteringen, verminderen. Strooilicht, dat achter de glazen belandt, wordt geabsorbeerd door een ontspiegelde achterkant. Daardoor ontstaan er geen reflecties aan de binnenkant van de glazen.
Verspiegelde glazen beschermen de ogen eveneens tegen sterke reflecties. Meestal worden de glazen ook ontspiegeld, omdat anders reflecties zouden ontstaan aan de binnenkant.
Gepolariseerde glazen verminderen reflecties van schuin binnenvallende weerspiegelingen op bijvoorbeeld het wegdek. Dankzij polfilters ziet u kleuren intensiever en neemt u contrasten scherper waar. Met name tijdens het autorijden is dit heel belangrijk. Let wel op: Beeldschermen van navigatiesystemen kunnen zwart lijken door gepolariseerde glazen.
Verloopglazen hebben een kleurverloop dat naar onder toe minder sterk wordt. Dit houdt in dat het bovenste deel van het glas donkerder is dan het onderste deel. Het zicht naar onder op onder andere het dashboard en het stuur wordt daardoor verbeterd.

Tip: Achter het stuur zijn zogenaamde ‘clip-ins’ voor correctiebrillen niet geschikt. Het licht kan als het ware tussen de twee glazen heen en weer springen en daardoor storende weerspiegelingen veroorzaken. Het contrastrijke zicht wordt daardoor belemmerd en de veiligheid tijdens het autorijden komt in gevaar. Investeer in een goede zonnebril!